9
2.3 Financiële toetsen
Met financiële toetsen bedoelen we eigenlijk alle toetsen uitgezonderd de afrekentoetsen en kortingstoetsen.
Let erop dat u de [.] NIET gebruikt bij het invoeren van bedragen; dus € 1,00 invoeren als: [1][0][0]
Als (systeem)vlaggen vermeld staan bij de instelling dan moet u deze programmeren om de functie te laten werken
UIT KAS:
Met [UIT KAS] registreert u een bedrag wat u uit de kassa haalt om bijvoorbeeld een leverancier te betalen.
[1][4][9][5] [UIT KAS] [KONTANT] (* € 14,95 wordt kontant uit de kassa gehaald *)
IN KAS:
Met [IN KAS] registreert u een storting in de kassa. Dit kan het geval zijn als u teveel geld uit de kassa heeft
gehaald met de [UIT KAS] toets.
Ook is het mogelijk dat een klant een rekening wil betalen die eerder met [OP REK] is geboekt.
Aan het begin van de dag kunt u ook kasgeld in de kassa storten met deze toets.
[8][0][0][0] [IN KAS] [KONTANT] (* € 80,00 wordt in de kassa kontant gestort *)
Wanneer een klant een klantenbon wil betalen die eerder met [OP REK] is geboekt kunt u de betaling registreren
met de [IN KAS] toets. U kunt bij een registratie met [OP REK] een nummer op de klantenbon laten printen. Dit
nummer kan bijvoorbeeld een klantennummer zijn of een bonnummer of een faktuurnummer. Dit nummer (SKU
nummer) kunt u op de klantenbon printen door eerst het nummer in te toetsen en daarna op [LA OPEN] te drukken.
[1][2][6][9][9] [LA OPEN] (* het getal 12699 wordt op de klantenbon geprint *)
[2][5][0][0] [IN KAS] [KONTANT] (* € 25,00 wordt kontant in kas geboekt *)
Het SKU nummer gebruikt u wanneer u direct registreert en geen gebruik maakt van tafelgeheugen of
rekeningnummers die u opslaat in het geheugen van de kassa. Het is slechts een nummer dat verwijst naar bijv.
een faktuur of klantnummer.
STORTEN:
Met deze toets kunt u een bedrag op een tafelnr. of rekeningnr. storten van een klant wat wordt opgeslagen.
Door het storten van een bedrag wordt de rekening negatief, maar door het registreren van artikelen wordt de
rekening naar loop van tijd weer positief. U kunt op deze manier uw klanten zien of een klant nog artikelen mag
bestellen (rekening is negatief) of dat er eerst weer een bedrag gestort moet worden (bedrag is positief geworden).
[1][OPEN] (* rekeningnummer 1 wordt geopend *)
[2][0][0][0] [STORTEN] (* een bedrag van € 20,00 wordt gestort *)
[SLUIT] (* rekeningnummer 1 wordt gesloten *)
PUNTEN:
U kunt automatisch punten berekenen over het totaal bedrag. Onderaan de bon komen de punten te staan en
eventueel een toelichting met bijvoorbeeld een tekst waarin wordt uitgelegd waarvoor u kunt sparen.
In hoofdstuk 24 van sleutelstand P1 kunt u programmeren bij welk bedrag ‘1’ punt wordt berekend.
Als bijvoorbeeld u ‘1’ punt wilt berekenen bij elke € 5,00 moet u onder bedrag de waarde 5.00 invoeren.
Tevens kunt u een begindatum en einddatum invoeren; in deze periode worden de printen geprint op de bon
WACHT:
Met de [WACHT] toets kunt u even snel een klant tussendoor helpen. Deze functie werkt anders dan bediendes
door elkaar.
[1][0][0] [GROEP 1] (* € 1,00 wordt geregistreerd op groep1 van klant A *)
[WACHT] (* Klant A wordt in de wacht gezet *)
[5][0][0] [GROEP 3] [KONTANT] (* € 5,00 wordt geregistreerd op groep3 en kontant betaald door klant B *)
[WACHT] (* Klant A wordt weer uit de wacht gehaald *)
[3][0][0] [GROEP 6] [KONTANT] (* € 3,00 geregistreerd op groep6 en €1,00 + € 3,00 kontant betaald *)
GEBRUIKTE TOETSCODES:
UIT KAS 6131
IN KAS 6130
STORTEN 612B
LA OPEN 614C
WACHT 0071