14
• Start het apparaat met behulp van de
bedieningsschakelaar
((II))
.
• Breng het fruit of de groenten in door de
aanvoerbuis
((BB))
.
• Het fruit en de groenten moeten worden
ingebracht terwijl de motor draait.
• Druk niet te hard op de duwstaaf
((AA))
. Gebruik
hiervoor geen enkel ander voorwerp. NOOIT
met uw vingers duwen.
• Wanneer u klaar bent zet u het apparaat uit,
draai de bedieningsschakelaar
((II))
naar
00
en
wacht totdat de zeef
((DD))
geheel gestopt is.
• Wanneer de pulp opvangbak
((GG))
vol is, of de
sapstroom minder wordt, leeg dan de pulp
opvangbak en reinig de zeef.
HANDIGE ADVIEZEN
REINIGEN EN ONDERHOUD
• Was het fruit zorgvuldig voordat u het ontpit.
• U hoeft het fruit niet te schillen. Alleen fruit met
een dikke (en bittere) schil: citrusvruchten,
ananas (verwijder de stengel).
• Sommige soorten appels, peren, tomaten, etc.
passen in hun geheel in de aanvoerbuis
dankzij het “Direct Fruit System” (maximale
diameter 74.5 mm), daarom dient u de juiste
maat fruit of groenten te kiezen.
• Het is niet makkelijk om sap uit bananen,
avocado’s, bramen, vijgen, aubergines en
aardbeien te verkrijgen.
• U dient het apparaat niet voor rietsuiker en
bijzonder hard of vezelrijk fruit te gebruiken.
• Kies vers en rijp fruit en groenten, u verkrijgt dan
meer sap. Dit apparaat is geschikt voor
fruitsoorten als appels, peren, sinaasappels,
druiven, granaatappels en ananas; groenten
als wortels, komkommers, tomaten, rode bietjes
en selderie.
• Als u overrijp fruit gebruikt om sap te persen zal
de zeef sneller verstopt raken.
• NB: U dient al het geperste sap meteen te
nuttigen. Bij blootstelling aan lucht zal het sap
snel oxideren waardoor de smaak, kleur en
voedingswaarde kunnen veranderen. Appel-
en perensappen worden snel bruin. U kunt een
paar druppels citroensap toevoegen om deze
verkleuring te remmen.
• Alle uitneembare onderdelen
((AA,,CC,, DD,,GG,, LL,,MM &&
NN))
kunnen in de vaatwasmachine worden
gewassen, behalve de sap opvangkan
((EE))
. De
sap opvangkan
((EE))
dient u meteen na gebruik
met sop te wassen.
• Het is veel gemakkelijker om dit apparaat
meteen na gebruik te reinigen.
• Gebruik geen schuursponsjes, aceton, alcohol
(spiritus) etc. om het apparaat te reinigen.
• U dient voorzichtig met de zeef om te springen.
Vermijd ruw contact dat tot beschadigingen
kan leiden omdat dit de prestaties van de zeef
zal verminderen. De zeef kunt u met behulp van
de borstel
((OO))
reinigen. Vervang uw zeef bij de
eerste tekenen van beschadigingen of slijtage.
• Veeg de motorunit met een vochtige doek
schoon. Droog deze daarna zorgvuldig af.
• Nooit de motorunit onder de lopende kraan
houden.