ausreichen, projiziert der mecablitz bei angetipptem
Kamera-Auslöser ein rotes senkrechtes Streifenmu-
ster auf das Aufnahmeobjekt. Auf dieses Streifen-
muster stellt der Autofokus der Kamera das Bild
scharf.
Beachten Sie bitte:
• Ist das Autofokussystem der Kamera eingeschal-
tet, so wird bei zu schwachem Licht von der
Kameraelektronik automatisch der Autofokus-
Meßblitz aktiviert.
• Der Autofokus-Meßblitz kann nicht in jeder Kame-
rabetriebsart, bzw. Kamerafokussierart aktiviert
werden. Meist.wird nur die SINGLE-AF Funktion
(siehe Kamera-Bedienungsanleitung) ohne Schär-
fenachführung unterstützt
•
Die Reichweite des AF-Meßblitzes ᕅ ist von der
Lichtstärke (maximale Objektiv-Anfangsöffnung) des
Objektivs abhängig! Bei einem Standard-Objektiv
F 1,8/50 mm beträgt die Reichweite (je nach Emp-
findlichkeit des Kamera-AF-Sensors) ca. 6-10 m.
• Wird der Autofokus-Meßblitz ᕅ erforderlich, so
les sur le sujet lorsqu’on appuie légèrement sur le
déclencheur du boîtier. Le système autofocus du
boîtier utilise ces bandes pour réaliser la mise au point.
Remarques :
•
Si le système autofocus du boîtier est activé, l’illumi-
nateur AF sera automatiquement activé par l’électro-
nique du boîtier en situation de faible lumière.
• L’illuminateur AF ne peut pas être activé dans cha-
que mode d’exposition ou chaque mode de mise
au point automatique. Dans la plupart des cas, il
n’est utilisable qu’en mode autofocus ponctuel
(voir mode d’emploi de l’appareil photo) sans sui-
vi de la mise au point.
• La portée de l’illuminateur AF
ᕅ
dépend de la
luminosité de l’objectif (ouverture maximale). Pour
un objectif standard F 1,8/50 mm, la portée est
d’environ 6 à 10 m suivant la sensibilité du cap-
teur AF du boîtier.
• Si une assistance est nécessaire pour la mise au
point, ce sera soit l’illuminateur AF
ᕅ du boîtier ou
celui du flash qui sera activé suivant le niveau de
lumière ambiante.
camera’s bij het automatisch scherpstellen.
Wanneer er voor automatisch scherpstellen niet
meer voldoende licht aanwezig is, projecteert de
mecablitz op het moment dat de ontspanknop van
de camera wordt aangeraakt een rood, verticaal
streeppatroon op het onderwerp. Op dit streeppatro-
on stelt de camera met zijn autofocus scherp.
Let er s.v.p. op :
• Is het autofocussysteem van de camera ingescha-
keld, dan wordt door de electronica in de camera
bij te zwak licht de autofocusmeetflits automa-
tisch geactiveerd.
• De autofocusmeetflits kan niet bij elke camerafun-
ctie, c.q. soort scherpstelling worden ge-
activeerd. Meestal wordt alleen de
SINGLE–AF-functie (zie de gebruiksaanwijzing van
de camera) zonder nastellen van de scherpte,
ondersteund..
• De reikwijdte van de AF-meetflits ᕅ is afhankelijk
van de lichtsterkte (maximale aanvangsopening) van
het objectief! Bij een standaardobjectief F 1,8/50 mm
56
