1. Geleid de gordel naar het
verankeringspunt.
2. Druk het kinderzitje stevig naar
achteren zodat de onderste ISOFIX
verankeringspunten goed aangrijpen.
3. Bevestig de veiligheidsgordel volgens
de instructies van de fabrikant van het
kinderzitje.
PLAATSING VAN
KINDERZITJES
WAARSCHUWINGEN
Neem contact op met uw dealer voor
de laatste informatie betreffende
onze aanbevolen kinderzitjes.
Extreem gevaar! Gebruik een naar
achteren gericht kinderzitje niet op
een stoel die beschermd wordt door
een ervoor aangebrachte airbag!
Wanneer een kinderzitje met
steunpoot wordt gebruikt, dan moet
de steunpoot stevig op de vloer
rusten.
Wordt een kinderzitje met een
veiligheidsgordel gebruikt, dan mag
deze niet slap hangen of gedraaid
zijn.
Het kinderzitje moet stevig tegen de
stoel aan rusten. Het mag de
hoofdsteun niet raken. Verwijder de
hoofdsteun indien nodig. Zie
Hoofdsteunen (bladzijde 90).
U moet de hoofdsteun weer
aanbrengen nadat het kinderzitje is
verwijderd. Zie Hoofdsteunen
(bladzijde 90).
20
Veiligheidsuitrusting voor kinderen