10
2. Plaats het apparaat niet vlakbij- onder- of gericht op een
stopcontact en niet in de buurt van open vuur of warmtebronnen.
3. Gebruik het apparaat niet vlakbij of gericht op meubels, gordijnen,
papier, kleding, beddengoed, handdoeken of andere brandbare
zaken. Houd dit minstens 1 meter van het apparaat verwijderd!
4. Gebruik de kachel niet buitenshuis en niet in ruimtes, kleiner dan
10m³ (1000) / 15m³ (1500) en 20m³ (2000).
5. Het apparaat bevat inwendig hete en/of gloeiende en vonkende
delen. Gebruik het apparaat dus niet in een omgeving waar
brandstoffen, verf, ontbrandbare vloeistoffen en/of gassen enz.
worden bewaard. Gebruik het apparaat niet in een
brandgevaarlijke omgeving zoals nabij gastanks, gasleidingen of
spuitbussen. Dat levert explosie- en brandgevaar op!
Waarschuwingen gebruik
1. Gebruik geen toevoegingen/accessoires op het apparaat, die niet
zijn aanbevolen of geleverd door de fabrikant.
2. Gebruik het apparaat uitsluitend voor het doel waarvoor hij is
ontworpen en op de wijze zoals beschreven in deze
gebruiksaanwijzing.
3. Sommige delen van dit apparaat worden erg heet en kunnen
brandwonden veroorzaken. Speciale aandacht is nodig als
kinderen, kwetsbare personen of huisdieren in de buurt van
het apparaat aanwezig zijn. Laat hen nooit alleen achter bij
een werkend apparaat.
4. Bedek of blokkeer het apparaat nooit; daardoor raakt het apparaat
oververhit en treedt er brandgevaar op. Hang of leg nooit
voorwerpen als kleding, handdoeken, dekens, kussens, papier enz.
op het apparaat. De minimum afstand van 1 meter tussen apparaat
en brandbare materialen dient altijd in acht te worden genomen.
Ventilatieopeningen mogen op geen enkele wijze worden
geblokkeerd, om brand te voorkomen. Gebruik het apparaat dus
ook nooit om kleding op te drogen of iets op te zetten. Laat niets
tegen het apparaat leunen!
5. Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor normaal huishoudelijk
gebruik. Gebruik het apparaat alleen voor (bij) verwarming in huis.
6. Aansluitspanning en frequentie, vermeld op het apparaat, dienen
overeen te komen met die van het te gebruiken stopcontact. Het te
gebruiken stopcontact dient voorzien te zijn van randaarde en de
elektrische installatie dient beveiligd te zijn met een
aardlekschakelaar van 30 mA. Het stopcontact dat u gebruikt dient