27
NL
Continubedrijf:
AAN/UIT-schakelaar (4) indrukken en borgen d.m.v.
de vastzetknop (8).
Let op! Het vastzetten is enkel in de rechtsdraaiende
modus mogelijk.
Uitzetten:
De AAN-/UIT-schakelaar (4) kort indrukken.
7.2 Toerental afstellen (fig. 6, pos. 4)
U kan het toerental tijdens het bedrijf traploos
regelen.
U kiest het toerental door de AAN/UIT-
schakelaar (4) meer of min hard in te drukken.
Kiezen van het juiste toerental: Het best
geschikte toerental is afhankelijk van het
werkstuk, van de werkmodus en van de
ingezette boor.
AAN/UIT-schakelaar (4) minder hard ingedrukt:
lager toerental
AAN/UIT-schakelaar (4) harder ingedrukt: hoger
toerental
Hint: boor de boorgaten met een laag toerental aan.
Verhoog dan het toerental geleidelijk aan.
Voordelen:
De boor is bij het aanboren gemakkelijker te
controleren en glijdt niet weg.
U voorkomt verbrijzelde boorgaten (b.v. bij
tegels).
7.3 Vooraf instellen van het toerental
(fig. 6, pos. 11)
De toerentalafstelring (11) maakt het mogelijk
het maximumtoerental vast te leggen. De
AAN/UIT-schakelaar (4) kan enkel nog tot het
vooraf ingestelde maximumtoerental worden
ingedrukt.
Stel het toerental af d.m.v. de afstelring (11) in
de AAN/UIT-schakelaar (4).
Verricht deze afstelling niet tijdens het boren.
7.4 Omschakelaar “rechts-/linksdraaiend”
(fig. 6, pos. 9).
Enkel in stilstand omschakelen!
Stel de draairichting van de klopboormachine af
d.m.v. de omschakelaar “rechts-/linksdraaiend”
(9).
Draairichting Schakelaarstand
rechtsdraaiend (voorwaarts en boren)
rechts ingedrukt
linksdraaiend (terugloop) links ingedrukt
7.5 Omschakelaar boren / klopboren / beitelen
(fig. 7)
Voor het boren brengt u de omschakelaar (3)
naar stand (A).
Voor het klopboren draait u de omschakelaar (3)
naar stand (B).
Voor het beitelen draait u de omschakelaar (3)
naar stand (C).
Let op!
Voor het hamerboren is er slechts een geringe
aandrukkracht nodig. Door een te hoge
aandrukkracht wordt de motor onnodig belast. Boor
regelmatig controleren. Een botte boor bijslijpen of
vervangen.
8. Vervanging van de
netaansluitleiding
Als de netaansluitleiding van dit apparaat
beschadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant of
diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwalificeerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
9. Reiniging, onderhoud en bestellen
van wisselstukken
Trek vóór alle schoonmaakwerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
9.1 Reiniging
Hou de veiligheidsinrichtingen, de
ventilatiespleten en het motorhuis zo veel
mogelijk vrij van stof en vuil. Wrijf het toestel met
een schone doek af of blaas het met perslucht bij
lage druk schoon.
Het is aan te bevelen het toestel direct na elk
gebruik te reinigen.
Reinig het toestel regelmatig met een vochtige
doek en wat zachte zeep. Gebruik geen
reinigings- of oplosmiddelen; die zouden de
kunststofcomponenten van het toestel kunnen
aantasten. Let er goed op dat geen water in het
toestel terechtkomt.
9.2 Koolborstels
Bij bovenmatige vonkvorming laat u de
koolborstels door een bekwame elektricien
nazien.
Let op! De koolborstels mogen enkel door een
bekwame elektricien worden vervangen.