20NL
eraan dat u nooit een mooi maaibeeld krijgt als u te hard vooruit rijdt.
Bij het oversteken van een hindernis moet u het mes uitschakelen en
het maaidek in de hoogste stand zetten.
5.3.2 De maaihoogte afstellen
Met de speciale hendel kunt u 7 verschillende maaihoogten instellen.
5.3.3 Tips om altijd een mooi gazon te hebben
1. Voor een mooi, groen en zacht gazon is het nodig dat het gras
regelmatig en op de juiste manier gemaaid wordt. Het gazon kan
van verschillende soorten gras zijn. Bij regelmatige maaibeurten,
groeit het gras sneller, waardoor meer wortelgroei ontstaat en een
mooi dicht gazon bekomen wordt; indien minder vaak gemaaid
wordt, wordt ook de groei van hoog en wild gras bevorderd (kla-
ver, margrieten, enz.).
2. Het is beter het gras te maaien als het gazon goed droog is.
3. De messen dienen geen gebreken te vertonen en goed scherp te
zijn, zodat het gras op de juiste manier wordt afgesneden zonder
uitgerukt te worden. Dit kan namelijk tot vergeling van de punten
leiden.
4. De motor dient op volle toeren te draaien om zowel het gras op
de juiste manier af te snijden als een goede afvoer van het gras
naar het uitwerpkanaal te verkrijgen.
5. De maaifrequentie wordt bepaald aan de hand van de groei van
het gras, waarbij vermeden moet worden dat het gras te hoog
wordt.
6. In de warmste en droogste tijden van het jaar is het beter om het
gras iets hoger te laten worden zodat het gazon niet uitdroogt.
7. De optimale hoogte van het gras van een goed verzorgd gazon
bedraagt ongeveer 4-5 cm
en met een enkele maai-
beurt wordt het best niet
meer dan een derde van de
volledig lengte gemaaid. Als
het gras erg hoog is, raden
wij aan om het gazon, met
tussenpoos van één dag, in
twee keer te maaien, de
eerste keer met de messen
in de hoogste stand en
smallere grasstroken tegelijk
maaiend en de tweede keer met de messen in de gewenste
stand.
8. Het gazon zal er mooier uitzien als het maaien afwisselend, in de
lengte- en in de dwarsrichting uitgevoerd wordt.
9. Als de afvoer zich telkens verstopt met gras is het beter om de
snelheid te vertragen zodat het maaien niet te snel gebeurt ten
opzichte van de toestand van het gazon; mocht het probleem
aanhouden dan kan het ook zijn dat de messen niet goed gesle-
pen zijn of dat het profiel van de vleugels vervormd is.
10. Pas erg goed op bij het maaien langs struiken en boorden. Deze
kunnen de stand van het maaidek ontregelen en de zijkant van
het maaidek en de messen beschadigen.
5.3.4 Hellende terreinen
Houd de aangegeven beper-
kingen in acht en maai een he-
llend gazon altijd van onder
naar boven of van boven naar
onder maar nooit in de dwar-
srichting. Pas erg goed op bij
het veranderen van richting dat
u niet op obstakels (zoals bij-