77
NEDERLANDS
Wanneer iets niet werkt…
PROBLEMEN OORZAKEN OPLOSSINGEN
De airconditioner
gaat niet aan
•geen stroomtoevoer
• de stekker zit niet in het stopcontact
• De veiligheidsvoorziening is in werking getre-
den.
• wacht
• steek de stekker in het stopcontact
• Neem contact op met het service-
centrum
De airconditioner
werkt, maar voor
korte duur
• de luchtafvoerslang is geknikt
• de luchtafvoerslang is verstopt
• de luchtafvoerslang is geplooid
• plaats de afvoerslang correct
• controleer of er obstakels zijn
die de afvoer van lucht naar
buiten belemmeren
• verwijder de plooien
De airconditioner
werkt wel maar
koelt de ruimte niet
• het raam staat open
• in de ruimte bevindt zich een warmtebron
(brander, lamp, enz.)
• de afvoerslang is uit zijn zitting losgekomen
• verstopte luchtfilters
• het vermogen van de airconditioner is niet
aangepast aan de condities of afmetingen
van de ruimte
• sluit het raam
• neem de warmtebron weg
• steek de slang in zijn zitting
•reinig of vervang de filters
•reinig of vervang het filter
Vreemde geur in de
ruimte
• het luchtfilter is verstopt
De airconditioner
werkt niet gedurende
3 minuten na
inschakeling
• De veiligheidsvoorziening van het apparaat
is in werking getreden
• wacht tot 3 minuten verstreken
zijn
Op de display ver-
schijnt het opschrift
/ PF/ . (alleen
bij modellen
L10/L12/L15/ L20H
en L25H)
Op het bediening-
spaneel knippert
het controlelampje
U – alarm tank
(alleen bij de
modellen L30/L35
en L40)
• Zie paragraaf “zelfdiagnose”