PROBLEEM
• De functies van het bedie-
ningspaneel werken niet
• Nadat het waterreservoir
gevuld is blijft het apparaat
melden dat er geen water
aanwezig is (het controle-
lampje 30 knippert).
•Wanneer de knop (18)
wordt gedraaid, wordt
geen water afgegeven.
OORZAAK
• Bakje voor koffiedik (10) vol.
Het controlelampje
29 knippert.
• Bakje voor koffiedik (
1) afwezig
of niet goed geplaatst (Het con-
trolelampje
29 brandt).
• De temperatuur van het hoge-
drukreservoir is te hoog (Het
controlelampje 28 knippert snel).
• De temperatuur van het hoge-
drukreservoir is te laag (het
controlelampje
28 knippert
traag).
• Het apparaat is in de stoompo-
sitie (het controlelampje 35
brandt).
• De afgiftegroep is geblokkeerd
(het controlelampje 26 knip-
pert).
•U dient een handmatige reset
van het apparaat uit te voeren.
• Het stoompijpje (
15) is verstopt.
OPLOSSING
• Ledig het bakje (10) terwijl het
apparaat aan staat.
• Plaats het bakje (10).
• Zet een recipiënt onder het
afgiftepijpje (
15) en draai de
knop (
18) om het water te laten
lopen tot het controlelampje
28
ophoudt met knipperen en blijft
branden.
•Wacht enkele ogenblikken; het
controlelampje
28 knippert niet
meer en blijft branden.
• Indien u de stoomfunctie niet wenst
te gebruiken, druk op de stoom-
knop
36 om terug te gaan naar
de functie koffie.
•Voer een handmatige reini-
gingsbeurt uit van de afgifte-
groep, zoals beschreven in punt
9.4.
•Druk op de koffieafgifteknop
(
38). Indien het apparaat na
enkele pogingen blijft melden
dat er geen water in het reser-
voir is, het water uit het afgifte-
pijpje laten lopen, zoals aange-
duid in par.
7.
• Reinig het stoompijpje (
15) en
het cappuccinomondstuk (
16).
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
73
NL