26
Voedsel Max. hoeveelheid (gr.) Temperatuur (°C) Tijd (minuten)
Verse frites Halve portie 700 170 1e fase 8 - 10
2e fase 1 - 2
Hele portie 1300 170 1e fase 11 - 13
2e fase 2 - 4
Vis Calamares 600 140 9 - 11
Canestrelli 600 140 10 - 12
Sardines 600 140 10 - 12
Garnalen 600 140 8 - 10
Tong 500 140 6 - 8
Vlees Rundkoteletten 500 160 8 - 9
Kippenbouten 500 160 8 - 10
Gehaktballen 700 160 8 - 10
Groenten Artisjokken 400 150 15 - 17
Bloemkool 600 150 10 - 11
Champignons 500 150 8 - 10
Aubergines 200 150 9 - 11
Courgettes 500 150 13 - 15
NA HET FRITUREN
• Na de baktijd, het deksel langzaam optillen om de
waterdamp opzij te laten opsnappen, de frituurmand
“Q” optillen en controleren of het voedsel voldoende
gaar is.
• Als u van mening bent dat de bereiding voltooid is, zet
u het apparaat uit door de thermostaatknop "A" in de
stand "MIN" te schuiven tot u een klik hoort.
• Zet de schakelaar "V" uit. Het controlelampje van de
schakelaar dooft.
• Laat de overtollige olie uitlekken door de frituurmand
"Q" vast te haken in de houder "E" van de frituurpan.
• Bij het frituren in twee fasen, of indien u meerdere bak-
fasen wenst, haakt u de frituurmand "Q" na de eerste
fase vast aan de houder "E" en wacht u tot het contro-
lelampje opnieuw dooft. Daarna dompelt u het
mandje "Q" nogmaals onder in de olie.
TIPS VOOR HET FRITUREN:
DE DUUR VAN DE OLIE OF HET VET
De olie of het vet mogen nooit onder het minimumniveau
zakken. Af en toe moet u de olie of het vet volledig ver-
vangen. De duur hangt af van de etenswaren die gefri-
tuurd worden. Gepaneerd voedsel, bijvoorbeeld, vervuilt
de olie meer dan andere. Zoals bij alle friteuses, bederft
olie dat meerdere keren wordt verhit! Daarom dient u de
olie of het vet dus regelmatig te vervangen, zelfs bij een
correct gebruik.
GOED FRITUREN
Het is belangrijk voor elk recept de aanbevolen tempera-
tuur te volgen. Bij een te lage temperatuur, neemt het
voedsel olie op. Bij een te hoge temperatuur wordt direct
een korst gevormd en blijft het voedsel vanbinnen rauw.
De te frituren etenswaren worden in de olie onderge-
dompeld, als deze de juiste temperatuur bereikt heeft,
dus nadat het controlelampje "B" gedoofd is.
Doe het mandje niet te vol, anders daalt de temperatuur
van de olie te snel en zijn de etenswaren te vet en onre-
gelmatig gefrituurd.
Controleer of de etenswaren in dunne en evengrote
stukken gesneden zijn. Dikke stukken zijn moeilijk gaar te
krijgen vanbinnen, ook al zien ze er van buiten goed uit,
terwijl stukken met een gelijke dikte gelijktijdig gaar zijn.
Maak de etenswaren perfect droog voor u ze onder-
dompelt in olie of vet, om oliespatten te vermijden;
bovendien zijn vochtige etenswaren na het bakken week
(vooral frites).
Het is aangeraden etenswaren met een hoog vocht-
gehalte (vis, vlees, groenten) te paneren of met meel te
bestuiven. Verwijder zorgvuldig overtollig meel of
paneermeel alvorens de etenswaren in de olie te laten
zakken. Aardappelen niet meer dan drie keer na elkaar
bakken.
FRITUREN VAN VERSE ETENSWAREN
De volgende tabel raadplegen, rekening houdend met
het feit dat de aangegeven baktijden en -temperaturen
bij benadering zijn en moeten worden aangepast vol-
gens de hoeveelheid en persoonlijke smaak.